State of Cinema 2022
De huidige staat van de Chinese onafhankelijke film
Drie decennia geleden verscheen de onafhankelijke film voor het eerst in het Chinese filmlandschap, om daarna geleidelijk aan de creatieve methode bij uitstek te worden van jonge Chinese filmmakers. Het grote aantal onafhankelijke films transformeerde de ruimere creatieve context door de beperkingen van het zo specifieke, door de staat gecontroleerde Chinese filmsysteem naar hun hand te zetten. Door deze positieve ontwikkelingen keken veel filmmakers met optimisme en vertrouwen naar de toekomst van de Chinese film. Binnenlandse politieke veranderingen en de gevolgen van de pandemie hebben de ontwikkeling en productie van onafhankelijke films in China de voorbije jaren echter vrijwel tot stilstand gebracht, zodat vandaag nog slechts een handvol filmmakers doorgaat met het maken van onafhankelijke films.
Er zijn drie belangrijke factoren die van invloed zijn op de Chinese onafhankelijke film. De eerste daarvan is politiek. De ideologische controle in China is bijzonder streng. Alle opnames die niet zijn goedgekeurd door de officiële instanties worden als illegaal beschouwd en kunnen te allen tijde door de plaatselijke autoriteiten tegengehouden worden. Zelfs afgewerkte onafhankelijke films kunnen in China worden uitgesloten van verspreiding en de regisseur en crew kunnen met verschillende juridische en administratieve middelen worden gestraft. De ideologische inmenging van de overheid in het creatieve proces is zo intens dat filmmakers niet meer zelf mogen nadenken. Dat alle thema’s, plots en personages aan de ideologische eisen van de regering moeten voldoen, leidt ertoe dat de film die door de censuur raakt helemaal niet de film is die de makers voor ogen hadden. Ondanks het verlangen om onafhankelijke films te maken geven vele Chinese filmmakers het vanwege de politieke druk op. De regering gebruikt verschillende methoden om de productie van onafhankelijke films te dwarsbomen – van voordelen voor binnenlandse kassuccessen tot het dreigen met administratieve of strafrechtelijke sancties. De opkomst van onafhankelijke filmfestivals in China vanaf het jaar 2000 leverde een positieve bijdrage aan de ontwikkeling en verspreiding van Chinese onafhankelijke films. Festivals als het Yunnan Multi-Culture Visual Festival (Yunfest), het Nanjing China Independent Film Festival (CIFF) en het Beijing Independent Film Festival (BIFF) wisten zich meer dan tien jaar lang goed te handhaven, totdat de regering met verschillende middelen al deze onafhankelijke festivals opdoekte.
De tweede factor is de financiering. Om een film te voltooien zijn kapitaalinvesteringen nodig en de Chinese filmautoriteiten hebben strafrechtelijke sancties ingevoerd voor wie als bedrijf of individu in onafhankelijke films investeert. Sinds 2004 is het daarom voor Chinese onafhankelijke films moeilijk om binnenlandse financieringsbronnen te vinden. Omdat de kassa-inkomsten voor films die “binnen het systeem” zijn gemaakt zeer hoog zijn, hebben de binnenlandse investeerders in lowbudgetfilmprojecten hun aandacht verplaatst naar films die binnen het systeem worden gemaakt. Veel voormalige onafhankelijke filmmakers zijn in het systeem opgenomen. Toen de Chinese economie floreerde en het privékapitaal er beter voorstond, was het nog mogelijk individuele investeerders te vinden die fan waren van indiefilms en bereid waren een klein bedrag te investeren ter financiering van een onafhankelijke lowbudgetfilm. In het verlengde van het steeds strengere filmbeleid van de overheid en het toezicht op investeringen is het voor onafhankelijke films niet meer mogelijk om in de Chinese bioscopen te worden vertoond en zonder kassa-inkomsten kunnen de productiekosten niet terugverdiend worden, waardoor de investeringen in onafhankelijke films steeds verder teruggelopen. Vanaf de jaren negentig kozen veel Chinese regisseurs voor het maken van onafhankelijke films, maar door het gebrek aan financiering en steun van de binnenlandse markt is het aantal onafhankelijke filmregisseurs afgenomen. Het tijdperk van de Chinese onafhankelijke film loopt op zijn laatste benen.
De derde factor is de esthetische dimensie van film. De eerste films die in China verschenen, werden beschouwd als een soort nieuwigheid, een speeltje. Mettertijd ontwikkelde film zich tot een vorm van vermaak of een instrument voor politieke propaganda. Film als kunstvorm heeft geen plaats in het hart van de meeste gewone Chinese filmbezoekers omdat film gebruikt werd als politiek propaganda-instrument, een manier om het volk op te voeden. Het publiek werd decennialang ad nauseam aan dit soort politieke propaganda blootgesteld en ontwikkelde zo een vaste manier om films te interpreteren. De filmesthetiek van degenen die binnen het Chinese systeem werken is gebaseerd op de filmgeschiedenis van datzelfde systeem. Met de komst van onafhankelijke films die authenticiteit en individuele creativiteit predikten, was het logisch dat de onafhankelijke filmesthetiek en de officiële filmesthetiek met elkaar in conflict zouden komen. Het was destijds niet makkelijk om de onafhankelijke filmesthetiek aanvaard te krijgen binnen de brede Chinese samenleving. Maar in de dertig jaar van zijn bestaan en ontwikkeling heeft de Chinese onafhankelijke cinema een verbazingwekkend aantal uitstekende onafhankelijke films afgeleverd, waarvan de filmesthetiek door de Chinese samenleving algemeen is aanvaard. Hoewel ze in verschillende mate een invloed gehad hebben op de officiële filmesthetiek, worden al deze onafhankelijke films in het licht van de politieke ideologie momenteel nog steeds geclassificeerd als illegale producties. Om de gaten van de binnenlandse filmmarkt op te vullen investeert de officiële Chinese filmindustrie enorme hoeveelheden kapitaal om een gestage stroom filmische rotzooi te produceren, waardoor films bij het gewone Chinese publiek op weinig respect kunnen rekenen.
De drie bovenstaande punten vormen de basis van mijn opvattingen over de huidige staat van de Chinese onafhankelijke film.
De meeste van mijn films zijn documentaires. Waarom documentaires? De belangrijkste reden is dat de opnamekosten van documentaires zo laag zijn dat ze kunnen worden voltooid met zeer beperkte middelen. In vergelijking met fictiefilms vereisen documentaires minder crewleden en zijn er geen acteurs of vaste filmsets nodig. Het filmproces zelf is vrijer, wat een voordeel is wanneer je filmt in een omgeving die aan strenge ideologische controle onderhevig is. Documentaires brengen direct verslag uit van het leven van gewone mensen, waardoor ze mijn favoriete soort film zijn. De verhalen van de betrokkenen blijven open en de film ontvouwt zich midden in hun leven. Alles aan hen wordt onbekend. De camera en de personages bestaan samen naast elkaar in het echte leven, waardoor het verhaal van de film zich vrij van alle kunstmatige grenzen kan ontwikkelen.
*
Met dank aan Mieke Matthyssen, Wu Lei en Liyo Gong