State of Cinema 2023
Toen ik de uitnodiging van Sabzian aanvaardde om een tekst te schrijven over de staat van de cinema, had ik niet verwacht dat die schrijfopdracht me zou agiteren. Ik ben geen filmcritica, ben bezig met mijn eigen vragen en ontwikkel mijn ideeën over cinema alleen vanuit de noodzaak die ik voel om films te maken op de plaats waar ik ben, en ik besefte dan ook dat ik onmogelijk een betoog kon formuleren met de ambitie voor en namens allen te spreken.
Om met succes alle velden van de hedendaagse cinema te bestrijken zou je trouwens een uitermate scherpe blik nodig hebben en zelfs begiftigd moeten zijn met een alomtegenwoordigheid die in de buurt komt van magie.
Uiteraard is er niet één cinema. Eigenlijk moet ik zeggen dat de cinema die me het meest interesseert, gemaakt wordt ver van het verblindende licht van machtscentra, ver van de plekken waar regels worden uitgevaardigd en waar men soms pretendeert te weten wat je moet zeggen en doen en hoe.
De cinema die me altijd het meest heeft geïnteresseerd en die me voedt, is cinema die soms rustig de tijd neemt en op zich laat wachten. Het is film die doorgaans in de schaduw wordt gemaakt, in de marge, in de randgebieden van de wereld; film die misschien over tien, twintig, ja dertig jaar zal worden ontdekt en die waarschijnlijk een juister beeld van onze tijd zal geven dan wat we zelf konden zien.
Een paar jaar terug had ik in de bioscoop een leerzame ervaring toen ik de eerste film van Sarah Maldoror ontdekte. Ik wilde het werk van deze Franse cineaste, over wie ik maar weinig had gehoord, in optimale omstandigheden leren kennen. Dus woonde ik in mijn eentje die privévertoning in de hoofdzaal van een Parijse bioscoop bij. Het ging om een niet-gerestaureerde kopie van haar eerste werk, Monangambé, een van de eerste films die in Afrika zijn gedraaid, waarin de problematiek van het folteren benaderd wordt vanuit het standpunt van een militant vrijheidsstrijder.
Het was frustrerend maar tegelijk fascinerend om de film in die ongerestaureerde versie te leren kennen, want de spookachtige schoonheid ervan kwam er haast nog beter door uit. Het hier en daar haast wazige beeld viel in sommige scènes bijna weg. Ik moest mijn oren spitsen om flarden van een o zo poëtische tekst te horen die door de hoofdfiguur werd uitgesproken. De langverbeide stem van een zwarte man in close-up die het koloniaal systeem aanklaagde in een tijd waarin het zowat een misdaad was om de euvele moed op te brengen openlijk gewag te maken van het zelfbeschikkingsrecht van gekoloniseerde volkeren, werd in deze ongerestaureerde kopie nagenoeg onhoorbaar.
Zelfs met die lacunes werd ik toch getroffen door de schoonheid van deze film, waarmee ik bijna een halve eeuw nadat hij was uitgekomen kennismaakte. Op deze film had ik gewacht, besefte ik toen. Ik had geschiedenis gestudeerd en de cinema enkel ontdekt vanuit het standpunt van de blanke, de witte man, degene die historisch gezien het verhaal monopoliseerde, en EINDELIJK ontdekte ik de film van een vrouw, een zwarte vrouw, die de geschiedenis vertelde vanuit een nieuw perspectief en op een plek waar films zich tot op dat moment maar zelden hadden gewaagd. Na Monangambé heb ik het hele werk van Sarah Maldoror mogen ontdekken. Dat werk is inmiddels iets makkelijker toegankelijk dankzij de hardnekkigheid, verbetenheid en vastberadenheid waarmee haar dochter haar moeders nagedachtenis eert en haar werk wereldwijde uitstraling probeert te geven. Daardoor beseffen we – frustrerend en triest genoeg met vertraging – wat ze ons heeft bijgebracht en wat ze ontegenzeglijk voor de filmkunst heeft betekend.
En ik bedenk dat dit wellicht het beste is wat de cinema van vandaag kan doen: nieuwe wegen blijven banen én teruggaan in de tijd om al degenen die toen ze nog leefden niet goed zijn opgemerkt, te ontdekken, te eren, te koesteren en van hen te leren.
In het belang van mijn eigen films is dat een opdracht die ik mezelf geef: op de schouders klimmen van al wie er vóór mij stond en dankzij hen vérder proberen te kijken.
Elk jaar verzoekt Sabzian een gast een State of Cinema te schrijven en een film te kiezen die daarbij aansluit. Eenmaal per jaar wordt zo de filmkunst tegen het licht gehouden, een uitnodiging om na te denken over wat cinema vandaag betekent, zou kunnen of moeten betekenen. Op 7 december hadden Sabzian en Bozar de eer om de Franse filmmaker Alice Diop te verwelkomen voor de State of Cinema 2023. Als begeleidende film koos Diop voor Sambizanga (1972) van Sarah Maldoror. Na haar speech volgde er een gesprek met Annouchka De Andrade.