Johan van der Keuken, 1995
Het is dus de specificiteit van de middelen die de wegen bepaalt die je gaat bewandelen naar gedeeltelijk onbekende bestemmingen, terwijl de film zich gaandeweg articuleert. De stijl is geen homogeen kenmerk, maar een geheel van dwalingen, misschien tics, waarmee de persoon van de auteur zich maar net coherent weet te houden. Het laatste moment van eenheid voor de ineenstorting, het laatste moment van een “wereldbeeld”, zoals men vroeger zei: men herbegint onophoudelijk de zoektocht naar dat laatste moment.