In deze heerlijke leegte beleefde ik mijn cinefiele hoogtepunt van de afgelopen jaren, een onvergetelijke namiddagvertoning van René Clairs Tout l’or du monde (1961). Een non-gebeurtenis waar mijn geest, niet voorafgaand bevuild door promopraatjes van culturele gatekeepers, zich volledig openstelde voor de rijkelijke overdaad van deze charmante vertelling.