De weg naar het zuiden

De weg naar het zuiden

Johan van der Keuken went against the grain in 1980: from Amsterdam (on April 30 with the coronation riots and squatting actions) via Paris, southern France and Italy to Egypt. He made his personal travelogue in three parts for VPRO television. Later, he fused the three parts into one long movie.

EN

“Some years ago, Van der Keuken told me something that struck me. “Having to carry the camera obliges me to be in shape. I have to find a good physical rhythm. The camera is heavy, at least for me. It weighs 11,5 kilos, with a battery of 4,5 kilos. In total 16 kilos. It’s a weight that counts and that implies that the movements of the machine can’t take place candidly, every movement counts, weighs.” The great cameramen know better than anyone else how to play tricks on others. In order not to get outrun by their unscrupulous love of filming, they often invent a guard rail, a play rule, each in their own way. I love it that for Van der Keuken, morality goes through physical fatigue. It’s a matter of discrepancy between the time of speech and the time of a look. Talking takes time, looking doesn’t. There’s something diabolical in this discrepancy. Imagine our documentor of the North behind his camera which is a bit too heavy, asking questions and filming the responses and at the same time, behind the viewfinder, imagine this organ that is excited by every little thing, distracted by everything, exuding frames like one breathes, that goes too fast, capturing more things than aspired; involuntary comedy, emptiness, easy fetishism, scandalous beauty: the immoral eye that, literally, doesn’t give a damn.”

Serge Daney1

  • 1Serge Daney, “The Way South. Johan van der Keuken,” Diagonal Thoughts, 3 April 2012. Originally published as ‘Vers le sud. Johan Van der Keuken’, Libération (2 March 1982). Translated by Stoffel Debuysere.

NL

Ik verlaat mijn huis in de zegt men gematigde zone
de norse wolf van het Noorden kijkt me na
m’n zonen zijn in de groei
ik ben een man blijkbaar
op reis in mijn hoofd als ik stilsta
pas op de plaatsmakend wanneer ik beweeg
ik ga van gezicht naar gezicht
in de baggere molen van overproductie, minachting, waanzin en winst
ik weet dat zelfs wie dood wil liever zou leven
ik geloof dat iedereen graag eet

Johan van der Keuken in de openingsgeneriek

 

“Tegenover Route One zet ik De weg naar het zuiden. Natuurlijk is dat ook een road movie, alleen is het wegdek er meestal opgerold door de wielen van auto of vliegtuig en meegenomen naar de volgende halte, zodat je schoksgewijs verplaatst. Je bent hier, dan daar - en wat ertussen hier en daar zit, dat denk je er zelf maar bij: de innerlijke reis, de weg die je jezelf wijsmaakt. De film begint op 30 april 1980 in Amsterdam - kroning, kraak van een kantoorpand, botsing met de heersende orde - en verplaatst zich dan via Parijs, Zuid-Frankrijk, de Alpen, Rome en Calabrië naar Egypte. Het is een verhaal van uiterlijke emigratie en innerlijke vervreemding, maar ook een reeks tekenen van levensmoed. Het is de obsessie van de kamers, de straten, de plaatsen waar mensen hun leven aan andere mensen proberen mee te delen en hun gevechten leveren tegen het dagelijks onrecht van de wereld.”

Johan van der Keuken1

FR

« Le cinéma de Keuken cherche à produire des images des oppressions invisibles, en libérant notre vision, en la sortant des logiques du spectaculaire. Il circule dans les modes de récit, il navigue dans la libération des formes. Il veut faire voir et sentir les enchaînements et les blocages : il joue entre limitations et ouvertures, entre oppression et liberté. Il s’inscrit dans un quotidien, dans les gestes de nos vies. Il rend ces mouvements de conscience préhensible, par montage d’images dans nos têtes. »

Thierry Nouel1

screening
KASKcinema, Ghent